Te hooi en te gras – Column Dagelijks Bestuurslid Elly Koning

Dit was de titel van een boek van schrijver en schilder Rien Poortvliet, de ouderen onder ons herkennen daarin veel uit die “goede oude” tijd. Hier denk ik regelmatig aan, als ik weer een maatregel of voorstel vanuit het ministerie van LNV onder ogen krijg, maar ook als ik de bobo’s van verschillende natuurorganisaties hun plannen hoor toelichten. Zij verwachten dat wij, melkveehouders, teruggaan in de tijd van voor de Tweede Wereldoorlog. Terug naar gemengde bedrijven, kleine beetjes vaste mest en vooral een kleine veestapel en niet te hoge productie. Dat de Nederlandse agrariër door een goede opleiding, veel innovatie, een vruchtbare bodem en een mild klimaat de meest gunstige omstandigheden heeft voor een optimale productie van ’s werelds meest veilige, diervriendelijke en gezonde voeding, wordt niet benoemd. De afzet van deze producten is zelfs voor het grootste deel lokaal te noemen, namelijk binnen de EEG. In deze regio vinden onze producten hun weg naar consumenten, die bereid
zijn extra te betalen voor dit kwalitatief hoogwaardig en divers voedsel. Een landbouwdeskundige uit Brazilië deed een landbouwdeskundige uit Nederland weer even met een open blik naar ons land kijken door de opmerking: “Oh Holland? Daar telen jullie zo veel diverse gewassen en groenten, wij hebben alleen soja”.

Binnen Nederland wordt dit anders gezien door politici en beleidsmakers. Zij vinden dat de agrarische sector moet veranderen en vooral de melkveehouderij, in verband met de stikstofdepositie op Natura2000 gebieden. Rapporten en onderzoeken die een ander resultaat laten zien, worden niet meegenomen in de discussie. De uitslag staat al vast voor een aantal van deze partijen. De vraag is echter, kunnen wij terug naar de natuur van 150 jaar geleden? De bevolking is gegroeid naar meer dan 17 miljoen mensen, wij bouwen en bewonen prachtige huizen en rijden in fantastisch doorontwikkelde auto’s, maken gebruik van een uitgebreide infrastructuur en onze communicatiemogelijkheden zijn nog nooit zo divers en direct te gebruiken geweest. Telefoneren met een mobieltje naar Australië, vliegen naar Argentinië of Alaska; de wereld ligt open en wij moeten
terug in de tijd? Gaan onze beleidsmakers en politici ook terug naar die tijd? Komen zij voortaan weer met de postkoets of te paard? Echter ook in die tijd werd er al geklaagd over paardenmestoverlast in de grote steden, zoals Amsterdam. Misschien moeten deze mensen een visie ontwikkelen
waarbij het van belang is om voor je voedsel niet afhankelijk te zijn van andere landen, die -als de nood aan de man komt- ervoor kiezen om hun eigen inwoners te voeden en afgesproken akkoorden zonder problemen aan de kant zullen schuiven. Denk aan de mondkapjesgate tijdens de coronacrisis.

Laat mij melkveehouder zijn en trots zijn op mijn mooie veestapel, groot en klein, met een eerste kwaliteit melkproductie, waar heerlijke kaas en andere smakelijke producten van worden gemaakt. In een droogmakerij, waarvan buitenlanders nog steeds met open mond het verhaal aanhoren
over bijna vier meter onder de zeespiegel. Zonder allerlei bijna verplichte nevenactiviteiten en met een goed inkomen!